De ventilatieopeningen zijn geblokkeerd of er zit veel stof in.
Zorg ervoor dat de lucht ongehinderd kan circuleren.
Verwijder regelmatig stof.
De compressor van het koelapparaat/de wijnklimaatkast draait voortdurend (bromt luid). De temperatuur in het koelapparaat/de wijnklimaatkast daalt.
Zorg ervoor dat de lucht ongehinderd kan circuleren.
Verwijder regelmatig stof.
Dit hoeft niet te worden opgelost.
Dit hoeft niet te worden opgelost.
Controleer of de deur geblokkeerd is en verwijder het vreemde voorwerp.
Controleer de zitting van de deuren en stel de deuren zo nodig bij met de schroeven in de deurscharnieren.
Ontdooi de diepvrieszone.
Stel de temperatuur correct in.
Zorg voor een lagere omgevingstemperatuur.
Installeer het koelapparaat/de wijnklimaatkast volgens de instructies uit de montagehandleiding.
Dit hoeft niet te worden opgelost.